In Nederland hebben we een traditie waarin we grote kwesties gezamenlijk aanpakken. Als het erop aankomt, zijn we een klein land waar verschillende partijen elkaar weten te vinden. Dat is geruststellend; in principe vergroot het de kans op een gezamenlijke aanpak en oplossing. Maar geruststellend betekent niet dat alles vanzelf gaat. Partijen moeten intensief met elkaar communiceren, soms om de kleinste stap richting het doel te realiseren.
Over het gestructureerd aanpakken van maatschappelijke vraagstukken zijn de afgelopen jaren belangrijke boeken verschenen. Op de shortlist Managementboek van het Jaar 2024 stond Samenwerken aan maatschappelijke opgaven, dat ik in mijn recensie een uitstekend boek noemde. Ook Werken aan programma’s is een sterk boek, met duidelijke richtlijnen voor samenwerking binnen programma’s.
programma, een project of een proces?
Toch raakte ik bijna de draad kwijt in de terminologie. Wat is nu precies een programma, een project of een proces? Over dat laatste gaat dit boek. Van Hoof en Westerbeek leggen het zo helder uit dat ik het kan navertellen. Het zit zo: soms begint het met slechts een idee, bij een gemeente, een ondernemersvereniging of natuurbeschermers. Dat idee groeit, meerdere mensen raken erbij betrokken en het wordt duidelijk dat er iets mee moet gebeuren. Maar wat? Het bepalen van dat ‘wat’ noem je een proces. En degene die dit proces in goede banen leidt, is de procesregisseur.
De auteurs positioneren hun werk in de eerste zin als een handboek, maar nuanceren dat direct: het boek geeft vooral antwoord op algemene vragen over procesregie. Na lezing vind ik de term ‘handboek’ dan ook wat ambitieus. Het boek is half zo dik – en een slag kleiner – dan de genoemde voorbeelden. Eerder zou ik spreken van een inleiding of kennismaking.
een stap terug
Het boek telt elf hoofdstukken, verdeeld over vier themablokken. De eerste twee blokken staan als een huis. In plaats van direct vol in te gaan op procesregie, nemen de auteurs eerst een stap terug. Ze leggen uit dat er verschillende vormen van planmatig werken bestaan, die je allemaal een ‘aanpak’ kunt noemen. Een proces is de minst voorspelbare of afgebakende vorm, en verschilt duidelijk van een project of een programma.
Door deze stap terug beschrijven de auteurs alle drie de vormen van planmatig werken uitgebreid. Ze geven een goed inzicht in de verschillen, maar ook in de mogelijke combinaties. Erg behulpzaam is de keuzehulp in de vorm van het P-kompas: wanneer kies je voor een proces? Na het lezen begrijp ik echt de positie en het nut van procesregie.
macht, draagvlak, kracht en haalbaarheid
Diezelfde helderheid houdt aan tot en met hoofdstuk 5. Van Hoof en Westerbeek beschrijven de ins en outs van het proces zelf, met methoden en aandachtspunten. Om tijdens een proces sturing te kunnen geven, kan bijvoorbeeld het MKDH-model worden gebruikt. Daarbij analyseer je het idee dat de kern van het proces vormt op macht, draagvlak, kracht en haalbaarheid.
Het MKDH-model is niet het enige instrument dat de auteurs aanreiken. Ondanks het grote aantal hulpmiddelen wordt het nergens te veel of verwarrend, mede dankzij de heldere en eenvoudig te begrijpen illustraties.
Naar het einde toe verliest het boek wat scherpte. Hoofdstuk 8 gaat over het inrichten van samenwerkingsverbanden. Hier verwijzen de auteurs kort naar een ander boek: De Samenwerkingscode. Dat vind ik minder geslaagd, omdat ik hierdoor informatie mis.
competenties en vaardigheden
De laatste twee hoofdstukken behandelen de competenties en vaardigheden van de procesregisseur. Deze hebben niet dezelfde diepgang als de openingshoofdstukken. Vaardigheden als actief luisteren worden op een wat schoolse manier toegelicht.
De auteurs tonen hun expertise in procesregie vooral door hun brede kennis te delen. Naarmate het detailniveau toeneemt, lijkt een zekere vanzelfsprekendheid hen parten te spelen. Ik vermoed dat de wens om beknopt te schrijven soms te sterk heeft meegespeeld.
Zoals vaker bij managementboeken is ook dit boek niet uniek. Eerder schreef Dees van Oosterhout al enkele compacte en goed leesbare boekjes over dit onderwerp. Toch bieden Van Hoof en Westerbeek een frisse blik, die prima aanvullend te gebruiken is.
Al met al is De procesregisseur – Handboek voor procesregie een informatief en goed vormgegeven boek. Vooral geschikt voor geïnteresseerden en starters.
Over Hans de Witte-van Mierlé
Hans de Witte - van Mierlé is coach, projectmanager en trainer. Hij werkt in het sociaal domein, met als specialisaties participatie, gedragsverandering, brede samenwerking en transitietrajecten.